Auteur: Azra Golbach, leerkracht speciaal basisonderwijs
De groepen 3 en 4 hebben een gezamenlijk doel. Een kind in groep 4 gaat, net als in groep 3, door met het vormen van een essentiële basis. In een flink tempo wordt de lesstof voortgezet en uitgebreid. Hier wordt in de hogere groepen op voortgebouwd. Ook wordt er veel lesstof herhaald van groep 3. Maar wat leert een kind in groep 4 eigenlijk? In dit artikel leest u de doelen voor groep 4 voor de vakken taal, rekenen en wereldoriëntatie.
Taal
Begrijpend lezen
In groep 4 begint een kind meer aandacht te besteden aan het begrijpen van wat hij/zij leest. Een kind leert dus teksten te begrijpen. Dit wordt geoefend door vragen over de gelezen teksten te beantwoorden. Ook wordt de leesvaardigheid uitgebreid. De woorden worden moeilijker en de zinnen worden langer. Hierdoor kan een kind verschillende soorten verhalen lezen. Bovendien wordt het alfabet geleerd.
Leestempo
Het leestempo wordt steeds belangrijker in groep 4. Door sneller te lezen, onthoudt een kind beter wat hij heeft gelezen en blijft hij op schema in de hogere groepen. Een kind leert zijn leestempo te verhogen door veel te oefenen. Hierdoor lukt het ook steeds beter om moeilijke woorden te lezen.
Spelling
In groep 4 wordt het belang van spelling verhoogd. Een kind leert niet klankzuivere woorden spellen. ‘Vlaai’ klinkt bijvoorbeeld als ‘vlaaj’ en ‘bomen’ als ‘boomen’. Verder wordt er aandacht besteed aan woorden op -ng, -nk, -aai, -ooi, -oei, -uw, -eeuw, -ieuw. De weetwoorden komen ook aan bod, je moet weten hoe je deze woorden schrijft want ze hebben geen regel. Dit zijn woorden met au/ou, ei/ij, ch/g en s/z. Daarnaast leert een kind een aantal interpuncties gebruiken: hoofdletter, punt, vraagteken en uitroepteken.
Rekenen
Tafels aanleren
Bij rekenen in groep 4 is het leren van de tafels het belangrijkst. Eerst verkrijgt een kind inzicht over wat tafels eigenlijk zijn en daarna worden de tafels geleerd. Daarnaast leert een kind eenvoudige keersommen en deelsommen te berekenen.
Klokkijken
In groep 4 leert een kind kwartieren en soms 5 voor of over heel en half. Vaak wordt de digitale klok ook al gebruikt. Door veel te oefenen, zowel op school als thuis, leert een kind klokkijken op beide klokken.
Sommen tot 100
In groep 3 zijn de optel- en aftreksommen tot 20 geautomatiseerd. In groep 4 leert een kind sommen berekenen tot 100. Bij het tellen gaat dit tot 1000. Door veel met de getallenlijn te oefenen ontwikkelt een kind getalbegrip. Hierdoor begrijpt hij dat een getal uit ‘enen’ en ‘tienen’ bestaat. Het getal 55 bestaat bijvoorbeeld uit 5 enen en 5 tienen.
Wereldoriëntatie
Een kind in groep 4 gaat gestructureerd aan het werk met wereldoriëntatie. Hij maakt kennis met kaartlezen, leert plattegronden begrijpen en ontwikkelt een tijdsbesef. Hierbij komen de begrippen dagen, maanden en jaren aan bod.
Net als in groep 3, komen er in groep 4 vijf vakken aan bod: verkeer, godsdienst, aardrijkskunde, natuur- en techniek en geschiedenis.
Een kind leert veilig oversteken, veilig fietsen en eenvoudige voorrangregels van het verkeer. Tijdens godsdienst leert een kind over verschillende culturen, verhalen, feesten en gebruiken.
Bij natuur- en techniek komen er verschillende onderwerpen aan bod: invloed van de seizoenen, maan/zon, het eigen lichaam, gezondheid, milieu, voedsel van mens/dier, zoogdieren/vogels/vissen en magnetisme.
Tijdens aardrijkskunde leert een kind over de eigen woonplaats, het verschil tussen een stad en dorp en het bekijken van kaarten via de actualiteit en vakantie. Tot slot leert een kind bij geschiedenis over: beroepen, gezagsverhouding, hunebedden, ridders en kastelen, middeleeuwse stad, trekschuit, diligence, eerste trein, herdenking Tweede Wereldoorlog, maanlanding, samenleving met verschillende culturen, rol van televisie.
Verder lezen?
- In dit leerplan is te lezen welke wettelijke doelen er voor het primair onderwijs zijn. Per vak en per leergebied is te zien welke kerndoelen er zijn gesteld, o.a. voor groep 4. LeerplanInBeeld (slo.nl)
De leerdoelen voor groep 4 in dit artikel zijn afgeleid van de door de overheid opgestelde tussendoelen. Deze geven globaal weer wat op de meeste scholen wordt aangehouden of in bekende lesmethodes gebruikelijk zijn. Het verschilt echter per school wat een kind precies leert in een bepaalde groep. Vaak vertelt de school aan het begin van het jaar wat een kind dit schooljaar gaat leren.